Een goed gesprek

Ik vroeg eens aan een wijze, oude man wat er de afgelopen decennia veranderd was in de goede doelen wereld. Die tegen mij zei:

'Jongen', loop eens even met me mee en luister eens'

We liepen dus naar buiten en maakten een ommetje. 

Vervolgens zei hij: ' Ik ken een land waar de overheid bepaalt wat een goed doel is...'

...en waar de overheid bepaalt wat ze wel of niet accepteren van goede doelen.

De democratie is er ver te zoeken, want burgers die zichzelf organiseren om tegenwicht te bieden aan de grillen van de overheid, of maatschappelijke problemen aan te pakken die de overheid negeert, moeten wel eerst toestemming van de regering hebben. En als het ze niet bevalt...'

'Ja, ja, dat land ken ik ook', zei ik. 'Dat is vast Rusland, Poetin bepaalde er alles.'

'Nee hoor', was het antwoord, 'Dat land is Nederland!'

'Wat een flauwekul. Nederland is een democratie. Wij hebben het hier goed voor elkaar. Goede doelen zijn autonoom en vormen daarmee een tegenwicht van burgers tegen een te dictatoriale overheid.'

'Dat mag misschien ooit zo zijn geweest, maar dat is nu anders en is stap voor stap ondergraven. De overheid heeft, al dan niet bewust, een effectieve methode bedacht om de vrijheid van vereniging de nek om te draaien en aan banden te leggen. Onder het valse voorwendsel van 'dalend donateursvertrouwen' en oude koeien uit de sloot als 'directiesalarissen', hebben ze steeds meer regels ingevoerd waaraan goede doelen moeten voldoen. Zo kunnen ze hen onwelgevallige burgerinitiatieven toch knechten'

'Maar dat zullen vertegenwoordigende organen van die goede doelen toch niet hebben laten gebeuren? Die waren destijds toch in gesprek met de overheid? Iets over een convenant over zelfregulering? '

'Ja, maar toen kwam er een advies van een commissie en die vond dat er teveel misstanden waren in de sector. Ze hadden 'de sector' vooraf echter wel opnieuw gedefinieerd door er van alles en nog wat aan toe te voegen. De 'ANBI-regeling' noemden ze dat.'

'In plaats van te kijken naar echte goede doelen, werden die plots op één hoop gegooid met wat buurthuizen en obscure beleggingsvehikels van gefortuneerde Nederlanders. Waarna de overheid kon beweren dat er er van alles mis was in de goede-doelen-sector. Wat natuurlijk niet waar was, er was vooral wat mis in de door henzelf tevoren toegevoegde organisaties.'

'Daar hield het niet mee op. De brancheorganisaties van goede doelen gingen ook nog in mee in die redenatie. Tsja, het was toch wat, er moest inderdaad iets gebeuren om onze positie te beschermen, vonden zij. Instandhouding van instituten was blijkbaar belangrijker dan grondrechten. In gesprek blijven, was het mantra.'

'En toen?'

'Nou, die wetgeving kwam er, dat noemden ze toen 'transparantie bevorderend', en goede doelen moesten eraan voldoen. Dat zou het donateursvertrouwen terugwinnen. Eerst ging het nog alleen over belastingaftrek, waar je nog van af kon zien, maar een volgend kabinet besloot al snel dat het een 'license to operate' moest worden, alweer om datzelfde donateursvertrouwen terug te winnen. Eerst erkend worden, anders mocht je geen goed doel meer zijn.'

'Denk overigens niet dat het vertrouwen van donateurs terugkwam. Alleen de overheid zelf geloofde in dat sprookje. Wet- en regelgeving zorgen immers nooit voor vertrouwen. Het enige wat opliep waren de kosten, want dat toezicht moest natuurlijk wel betaald worden.'

'Okay, dat is lastig en inderdaad moeilijk uit te leggen, maar dat maakt het nog geen dictatoriale vertoning? De toezichthouder was toch onafhankelijk?'

'Als het daarbij was gebleven, maar dat kon natuurlijk niet, dat was ook wel te voorzien.'

'Het ging definitief mis toen er wat organisaties het niet eens waren met politieke besluiten en daartegen protesteerden. Toen kwamen er populistische partijen die in de Tweede Kamer, riepen dat het 'slecht voor het imago van Nederland was' en dat de minister er 'wat aan moest doen. En die ging maar eens praten met de toezichthouder, want die deed niet genoeg z'n best. Er kwamen dus wat extra regels'

'Maar dat kon toch niet zomaar, het waren toch juist burgerinitiatieven?'

'Nee, dat zijn lang vervlogen tijden. De minister bepaalt en zoals het gezegde luidt: 'onder druk wordt alles vloeibaar', dus de minister bepaalt sindsdien wat een 'goed doel' is en wat niet. Wel zo makkelijk.'

'Goede doelen begrepen destijds niet wat hun overkwam. Bestuurders waren volstrekt blind voor de gevolgen van hun besluiten. Ze hadden niet voldoende door dat dit de bijl aan de wortel van de democratie was.'

'Omdat het een geleidelijk proces was, waren er ook telkens nieuwe mensen bij betrokken, die de grote lijnen niet meer overzagen. Dat belangrijke onderwerpen als milieu, natuurbescherming, mensenrechten en vrijheid van geloof, meningsuiting en seksuele voorkeur, maar ook vrijheid in culturele uitingen en vakbondsvorming in het geding waren. Het werd simpelweg verkwanseld in Nederland polderland.'

'Goh, het lijkt inderdaad het oude Rusland wel'

'Nee, erger, we kozen er zelf voor...'



Like Fundraiser Online op Facebook!
Op mijn Facebook pagina vind je nog veel meer interessante informatie voor fondsenwervers!

Follow Me on Facebook

Volg Fundraiser Online ook op Twitter
Follow FundraiserOnl on Twitter

1 opmerking:

  1. Hier kun je mijn opinie lezen Walter: http://www.jordanvanbergen.nl/post/74479833178/minder-betrokkenheid-meer-toezicht-de-rol-van-de

    Ik heb je blog item als link er bij gezet omdat ook ik vind dat wat er nu staat te gebeuren in de non-profitsector volstrekt fout is. Men moet maar eens weten wat onze overheid voor ons als burger wenst en denkt te bepalen.

    BeantwoordenVerwijderen