De docent als mens #5: Lieve leerling, ik hoor je!

Gepubliceerd op: 9 januari 2019
Door: Florianne Sollie

Wanneer je als docent leerlingen op een persoonlijke manier verder wilt helpen, moet je altijd eerst goed weten wat er allemaal speelt en wat er in de leerling omgaat. Dit geldt voor lastige problemen, maar ook in het algemeen: je wilt kunnen aansluiten bij de belevingswereld van de leerling. Veel volwassenen vinden het lastig om met pubers in gesprek te gaan, en niet zelden werkt een poging tot toenadering averechts. Op mijn huiswerkinstituut sta ik dagelijks voor deze uitdaging. Hoe zorg je dat een leerling zich veilig genoeg voelt om te praten? En hoe zorg je dat leerlingen zich gehoord en begrepen voelen? In deze en de volgende blog geef ik praktische tips.

Lichaamstaal

Het feit dat je bereid bent om goed naar een leerling te luisteren, kun je grotendeels via lichaamstaal overbrengen. Maar je lichaamstaal kan ook per ongeluk te intimiderend of te gesloten zijn. Waar kun je op letten?

Ten eerste is jullie positie belangrijk. Zorg er bijvoorbeeld voor dat jullie gezichten ongeveer op dezelfde hoogte zijn. Blijf dus niet staan als de leerling zit, en buig al zeker niet over hem of haar heen. Ook recht tegenover elkaar zitten kan confronterend voelen. Als je schuin naar de leerling toegedraaid zit, kun je meestal het fijnst praten: je geeft elkaar eigenlijk ruimte terwijl je toch duidelijk op elkaar gericht bent. Je kunt elkaar aankijken, maar het hoeft niet continu. Dat is sowieso het meest wenselijk: intensief staren is voor iedereen ongemakkelijk, maar de meeste mensen vinden het prettig om elkaar tijdens een gesprek af en toe aan te kijken. Toch zou ik een leerling daar nooit toe dwingen – het praten zelf is vaak al moeilijk genoeg. Als aankijken dan even niet lukt, is dat niet erg.

Ten tweede kun je letten op je armen en handen. Als je je armen over elkaar doet, kan dit streng, defensief of gesloten overkomen, terwijl het juist ontvankelijk overkomt als je armen ontspannen op je schoot of op tafel liggen. Probeer zenuwtrekjes zoals tikken, trommelen of friemelen onder controle te houden. Die kunnen namelijk overkomen alsof je ongeïnteresseerd of ongeduldig bent.

Stemgebruik

Verder kan stemgebruik ontzettend veel doen. De meeste mensen gaan hoog en snel praten als ze gestrest zijn. Mensen zijn bijzonder gevoelig voor elkaars emoties. Probeer je leerlingen dus niet per ongeluk nerveus te maken en praat op een kalm tempo met een wat lagere stem. Pas je volume aan op je afstand tot de leerling. Te hard praten kan erg intimiderend zijn, maar te zacht en te langzaam praten kan in combinatie met een strenge blik juist ook dreigend overkomen. Schreeuwen is natuurlijk uit den boze. Ik schreeuw nooit tegen mijn leerlingen en accepteer het van hen ook absoluut niet; naar iedereen wordt geluisterd en schreeuwen is niet nodig om gehoord te worden. Sterker nog, mensen trekken snel een muur op als er tegen ze geschreeuwd wordt en horen daardoor juist mínder.

Samenvatten

Om zeker te weten dat je de leerling goed begrijpt, is het van het grootste belang om af en toe samen te vatten wat je denkt gehoord te hebben. Mensen hebben snel verschillende associaties bij bepaalde woorden. Zo vertelde een leerling laatst dat ze in een stabiel dalletje zat. Ik meende daaruit op te maken dat ze zich continu een beetje ‘down’ voelde. Gelukkig checkte ik deze aanname, want ze bleek juist de vredige variant van een dalletje te bedoelen: het soort met watervalletjes en groene graslanden, waar je na een lange bergtocht met ups en downs eens lekker kunt uitrusten.

Verder helpt het samenvatten soms om een leerling de juiste woorden aan te reiken. In de puberteit krijgen leerlingen met allerlei situaties en gevoelens voor het eerst te maken. Hier de juiste woorden bij vinden is niet altijd gemakkelijk: we kennen allemaal de schouderophaal en het ‘kweenie’. Dit is geen onwil om te praten, maar juist het eerlijkste antwoord dat de leerling kan geven. Soms praat de leerling gemakkelijker als je af en toe woorden ‘aanbiedt’, bijvoorbeeld: ‘Ik heb het idee dat je je teleurgesteld/gefrustreerd/onbegrepen voelt, of zie ik dat verkeerd?’

Vragen stellen

Tot slot wil ik graag nog een mooie open deur intrappen. Als je iets wilt weten, is de beste manier om erachter te komen … ernaar te vragen! Ook bij mensen die je minder goed kent, zoals leerlingen. Lees ook dit interessante artikel over de Socratische manier van vragen stellen. Uiteraard kun je een vraag rustig inleiden, en je kunt aangeven dat de leerling niet per se hoeft te antwoorden als hij/zij dat niet wil. Zo zorg je dat een leerling niet schrikt van een directe vraag. Maar mijn ervaring is vooral dat directe en persoonlijke vragen heel goed werken om je interesse en betrokkenheid te tonen –en dat ze directe en persoonlijke antwoorden uitlokken. Daar doe jij als docent natuurlijk je voordeel mee om de leerling te helpen!

In mijn volgende blog geef ik nog meer tips over hoe je leerlingen het gevoel geeft dat ze gehoord worden. De focus ligt daarbij vooral op het uitstellen van oordelen en reacties. Wil je voor die tijd meer weten over mijn werk? Kijk dan op www.flowhuiswerk.nl.

Misschien vind je dit ook interessant

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Search